Elke maand komt hier een bridgeprobleem. Dit wordt verzorgd door Rob Stravers (bridgeservice.nl/).

Probeer eerst het probleem op te lossen, klik dan op de knop voor het antwoord.

Afspel in 4 schoppen

         
♠ 10 9        
A B 4 3 2        
V 5 4 3 2        
♣ 2        
         
♠ A H 8 7 6 5        
H V 8        
A        
♣ 5 4 3        

Na: 1♠-1SA-3♠-4♠, ben jij leider in een mooi 4♠-contract.
West komt uit met ♣V. Oost neemt die over met ♣H.

De tweede slag speelt oost ♠4 voor. Hoe ga je daarmee om?

a. Ik leg ♠A en troef een kleine klaveren.
b. Ik leg ♠A en sla ook ♠H.
c.  Ik speel ♠5 bij.

   
         

Het antwoord

Als ik meteen ♠A leg en ook ♠H speel, heeft dummy geen troeven meer. OW komen in ieder geval aan slag met hun laatste troef en zullen daarna ook graag twee klaverenslagen oprapen. Daarmee schrappen we in ieder geval speelplan b. Stel dat ik meteen ♠A leg en klaveren troef (speelplan a), dan lijkt mijn contract in ieder geval binnen. Nadat OW met schoppen aan slag komen, kunnen ze maximaal één klaverslag oprapen: 4♠C. En wat kan mij gebeuren als ik een kleine schoppen bijspeel (speelplan c) en west die slag wint met ♠B? Pakt dat voor mij dan beter uit of slechter? Als je duikt, wint west die slag. Het prettige gevoel dat OW daardoor misschien hebben, verdwijnt snel! Want… wat west ook terugspeelt, je wint alle slagen, goed voor 4♠+1. Als west troef terugspeelt, wat je misschien vreest, omdat je dan geen enkele klaver kunt troeven, win jij die troefslag, en de volgende troefslag ook. Daarna speel je HV, steek je met 8 over naar dummy en ruim je op de twee laatste harten je twee klavertjes op. A is ten slotte goed voor je elfde slag. Als west klaver terugspeelt, troef je die in dummy! 2 naar A, ♠AH halen alle troeven van OW op en je harten verzorgen het toetje. Speelwijze a (meteen ♠A leggen en een klavertje troeven) scoort alleen beter als de troeven 4-1 zitten. Het risico van een 4-1-verdeling (28%) is echter veel kleiner dan de kans op 3-2 (68%).